Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen

 

Artikel 16 Raad voor werk en inkomen
1
Er is een Raad voor werk en inkomen. De Raad voor werk en inkomen heeft rechtspersoonlijkheid en heeft zijn zetel op een door Onze Minister te bepalen plaats.
2
De Raad voor werk en inkomen bestaat uit zestien leden, onder wie een voorzitter, en vijftien plaatsvervangende leden, die door Onze Minister worden benoemd en door hem kunnen worden geschorst en ontslagen.
3
De daartoe door Onze Minister aangewezen algemeen erkende centrale organisaties van werknemers, de daartoe door hem aangewezen algemeen erkende en andere representatieve organisaties van werkgevers en de daartoe door hem aangewezen rechtspersoon, die de gemeenten vertegenwoordigt, doen aan Onze Minister een voordracht voor de benoeming van de leden en de plaatsvervangende leden van de Raad voor werk en inkomen. De aangewezen werknemersorganisaties doen daarbij een voordracht voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden, de aangewezen werkgeversorganisaties voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden en de aangewezen rechtspersoon die de gemeenten vertegenwoordigt voor vijf leden en vijf plaatsvervangende leden.
4
Het derde lid is niet van toepassing op de voorzitter van de Raad voor werk en inkomen.
5
De leden van de Raad voor werk en inkomen worden benoemd voor ten hoogste vier jaar. Herbenoeming kan twee maal en telkens voor ten hoogste vier jaar plaatsvinden. De persoon die tussentijds als lid of als plaatsvervangend lid wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, had moeten aftreden.
6
Alvorens representatieve organisaties als bedoeld in het derde lid aan te wijzen, stelt Onze Minister de Sociaal-Economische Raad in de gelegenheid over de representativiteit van die organisaties advies uit te brengen.
7
Onze Minister stelt de rechtspositie van de leden van de Raad voor werk en inkomen vast. Daarbij stelt hij in elk geval hun bezoldiging of schadeloosstelling vast, alsmede hun aanspraken op vergoeding van kosten die verband houden met hun functie.
8
Het personeel van de Raad voor werk en inkomen wordt in dienst genomen op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. De bepalingen van de tiende titel van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek zijn op deze overeenkomst van toepassing.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •